Veilig werken

De 10 gouden regels voor het veilig gebruik van Flessengas
Butaan- en Propaan gas is een hoog calorische brandstof met gunstigere milieueigenschappen dan de meeste andere brandstoffen. Gas in flessen of cilinders is veilig en comfortabel in gebruik wanneer u de onderstaande regels bij het gebruik ervan in acht neemt.

  • Gasflessen/cilinders bij gebruik altijd rechtop zetten en op een vlakke en droge ondergrond plaatsen, ook bij vervoer. Gasflessen/cilinders zonder kraag altijd met opgeschroefde en vastgezette beschermkap vervoeren. Plaats gasflessen/cilinders nooit los in voer- of vaartuigen, maar zorg ervoor dat ze niet kunnen omvallen (borgen!). Het vervoer van gasflessen/cilinders is aan strikte regels gebonden.
  • Na het aansluiten van een gasfles/cilinder de verbindingen altijd op gasdichtheid controleren. Hiervoor gebruikt u een water/zeepoplossing (zoals bijvoorbeeld afwasmiddel). Gasdichtheid nooit controleren met lucifers, aansteker, sigaret of andere open vuur of ontstekingsbronnen, en ook nooit in de buurt daarvan.
  • Lege gasflessen of cilinders altijd omruilen voor een volle verzegelde gasfles/cilinder. Let bij aankoop op de ongeschonden verzegeling van de fleskraan. Gasflessen/cilinders nooit bij een LPG station laten vullen. Accepteer nooit een gasfles/cilinder met een beschadigde of verbroken verzegeling. Retourneer lege of niet gebruikte gasflessen altijd naar ons depot.
  • De fleskraan altijd met de hand opendraaien. Controleer vooraf de kraan op eventuele beschadigingen. Controleer ook slangen en slangklemmen op beschadigingen. Gebruik nooit gereedschap of geweld om de kraan te openen. Indien u de fleskraan of kap niet met de hand los kunt krijgen, roep dan de hulp in van uw Benegas leverancier of een vakman.
  • Gebruik altijd goedgekeurde propaanslang van recente datum. Gebruik geen slangen ouder dan 2 jaar. (Het keurnummer en jaartal staan op de slang vermeld. Monteer de slangen met behulp van goede slangklemmen. Neem nooit risico met verouderde, beschadigde of onge-keurde propaangasslang(en). Ons advies: beperk de lengte van een propaangasslang tot één (1) meter en vervang tijdig (ver)oude(rde) slangen.
  • Zorg altijd voor voldoende ventilatie met name laag bij de grond. Butaan- en Propaangas zijn namelijk zwaarder dan lucht. Plaats gasflessen/cilinders buiten en nooit in afgesloten en/of ongeventileerde ruimten. Plaats gasflessen/cilinders nooit voor ontluchtingsroosters of kelderramen van aangrenzende ruimten of in ruimten met verdiepte grondslag.
  • Sluit na gebruik altijd de fleskraan, ook bij “lege” flessen/cilinders. Bij het verwisselen van flessen, vuur en ontstekingsbronnen verwijderd houden. Laat de kraan van de gasfles/cilinder nooit openstaan als u geen gas gebruikt. Verwissel nooit flessen/cilinders met open kraan en rook daarbij nooit.
  • Plaats een gasfles/cilinder altijd zodanig dat deze niet blootstaat aan verhitting door kachels, open vuur, en bij voorkeur uit de zon. Voorkom huidcontact met gasflessen/cilinders die bij langdurig gebruik ijsvorming aan de buitenzijde vertonen. In dat geval handen altijd beschermen met handschoenen. Gasflessen/cilinders nooit bij open vuur en bij voorkeur niet in de volle zon plaatsen. Door de temperatuurstijging zal de dampspanning van het gas (oftewel de druk in de fles) toenemen. De buitenzijde van de fles/cilinder bij ijsvorming nooit met de blote handen aanraken.
  • Gebruik altijd een drukregelaar en/of doorstroombegrenzer van het juiste type. Op het typeplaatje van het aan te sluiten apparaat staat de benodigde voordruk vermeld. Laat de installatie altijd door een door Stoomwezen BV geaccepteerde installateur aanleggen. Verander nooit zelf de in/afstelling van een drukregelaar en/of de in/afstelling van verbruikstoestellen. Gebruik nooit een gasfles/cilinder zonder drukregelaar en/of doorstroombegrenzer.
  • Tracht bij brand de gasfles/cilinder te verwijderen, de fleskraan te sluiten (handen beschermen), de gasfles/cilinder koel te houden (geen volle straal maar waternevel gebruiken), en vlammen te doven met natte doeken. Probeer de omgeving koel te houden met waternevel.

Neem echter nooit onnodige risico’s. Roep bij twijfel de hulp in van de brandweer via het Europees alarmnummer 1-1-2

Drukregelaars en doorstroombegrenzers
Voor veilig gebruik van een fles/cilinder wordt het gebruik van drukregelaars en doorstroombegrenzers sterk aanbevolen. Er zijn drukregelaars met een vaste voordruk van 30, 40 of 50 mBar.

Algemene Veiligheids Informatie
Met gas in flessen en cilinders wordt bedoeld: tot vloeistof verdicht Butaan/Propaangas. Butaan- en Propaan-gas zijn niet giftig. Bij inademing kan echter, doordat een verdringingseffect optreedt, zuurstoftekort onstaan. Bij verbranding kan koolmonoxide ontstaan. Derhalve bij gebruik zorgdragen voor goede afvoer van rookgassen en voldoende toevoer van verse lucht.

Eerste Hulp Maatregelen
Bij inademing: slachtoffer buiten de blootstellingszone in de frisse lucht brengen, zonodig beademen en medische hulp inroepen.
Bij verbranding of huidcontact met de vloeistof: langdurig spoelen met koud water en medische hulp inroepen.